Hamza Halloubi texts

Hamza Halloubi Tussen registreren en regisseren

 

 

 

 

Naast historische Amish quilts en de lichtprojecties van James Turrell wijdt De Pont in Tilburg deze zomer een presentatie aan de Marokkaanse kunstenaar Hamza Halloubi (Tanger, 1982). Na studies beeldende kunst aan La Cambre in Brussel en het HISK in Gent is hij komend jaar resident aan de Amsterdamse Rijksakademie. In Passage, Halloubi's eerste Nederlandse solo, ligt de nadruk op zijn recente videowerk. Een deel hiervan ontstond tijdens een kort verblijf in Jeruzalem, volgens de zaaltekst 'een stad waarin je je voortdurend bewust bent van je culturele roots'. De tentoonstelling zelf is eveneens vormgegeven als een passage: donkere corridors leiden bezoekers door Halloubi's ingetogen repertoire.

 

Titelwerk Passage is een minutenlange opname die voornamelijk uit geluid bestaat: de camera bevindt zich in Halloubi's jaszak. Onderweg naar een dan nog onduidelijke bestemming, houdt een strenge mannenstem hem staande. Wie ben je? Waar kom je vandaan? Wat doe je hier? Wanneer Halloubi de man (en de kijker) kenbaar maakt dat hij de Al-Aqsamoskee graag zou bezoeken, verdwijnt de eerste associatie met een bewaakte grensovergang en krijgt de dialoog iets komisch. 'Lever je paspoort in', snauwt de portier uiteindelijk. 'Je bent gevaarlijk!' Verder wandelend onthult Halloubi een glimp van het heilige bouwwerk in Jeruzalem, voor de camera weer in zijn jas verdwijnt. Gezang van de muezzin zwelt aan, terwijl het beeld veelbetekenend oplost in een verblindend wit.

In de korte video With Michael in Jerusalem staat tevens een confrontatie met 'de ander' centraal. Vanaf een hoger gelegen uitkijkpunt tuurt een kale man over de daken van Jeruzalem, tot hij zich omdraait en recht in de lens kijkt. Plots maakt de camera een schokkerige beweging en is Halloubi te zien terwijl hij uit beeld loopt, handen in de zakken. Wie observeert wie? Ook Halloubi's kunstenaarsboek Drunk in Tunis is te bekijken, met daarin stills uit journaalbeelden van een feestvierende man in nachtelijk Tunis na de val van dictator Ben Ali in 2011. Geluid en beweging zijn hier vervangen door een zelfgeschreven tekst. Verderop tonen twee ingelijste foto's het graf van de Franse schrijver en activist Jean Genet (1910-1986) op een christelijke begraafplaats aan zee in de Marokkaanse stad Larache. Ze vormen een brug naar Late, het grootste en meest gelaagde werk in de tentoonstelling.

In deze melancholische film reconstrueert Halloubi de laatste levensfase van de Palestijns-Amerikaanse intellectueel Edward Said (1935-2003). Tijdens de vergeefse zoektocht naar een ongepubliceerde brief van Said aan zijn moeder, vindt Halloubi een opmerkelijke foto van Saids linkerhand in het New Yorkse appartement van zijn weduwe. De foto vormt het vertrekpunt voor een deels fictief, deels documentair portret. Gesprekken met de weduwe worden begeleid door interieurshots van een vervallen operatheater: Said verdronk de pijn van zijn ziekbed vaak in muziek van Wagner. Op een tweede scherm, groter en achteraan opgesteld, verschijnen zo nu en dan sfeervolle close-ups: oude mannenhanden pellen traag een mandarijn, aaien een hond. Een Franstalige voice-over leest uit Saids bespiegelingen over 'late stijl', zich bewust van zijn aanstaande sterven en de nijpende politieke situatie na 9/11.

 

Late is filmischer en narratief complexer van aard dan de twee korte video's, waarin geen montage is toegepast en het visuele aspect van ondergeschikt belang lijkt. Deze werken doen nonchalant aan en dienen vooral als (vrij opzichtige) metaforen. Wanneer de tentoonstelling echter wordt opgevat als de totaalinstallatie die waarschijnlijk beoogd is, weten de wisselende bijdragen elkaar wel degelijk te versterken. Halloubi is een verteller die grote en kleine verhalen verzamelt op reis, toevallig vastgelegd of zorgvuldig geconstrueerd: een onderscheid is niet relevant, het zoeken telt. Vanuit persoonlijke anekdotes en alledaagse ontmoetingen - vaak op beladen locaties - verkent hij existentiële thema's als dood, herinnering, ballingschap en culturele identiteit, met een voortdurend oog voor de werking van taal en film. Halloubi's elegante vertelwijze laat zien dat politiek en poëzie elkaar niet uitsluiten.